< terug
Vredeszondag
Vijfentwintigste zondag door het jaar ©
Beste mensen,
We horen in het evangelie dat Jezus spreekt tot zijn leerlingen. Een groot deel van zijn woorden is gericht aan de met hem meetrekkende leerlingen. Vaak horen ze hun meester zonder hem te begrijpen. Een van de middelen die de meester gebruikt om beter begrepen te worden is de gelijkenis. Een gelijkenis heeft een spiegelwerking, wie er naar luistert, kijkt in de spiegel. Een gelijkenis is eigenlijk een gebogen spiegel, die een aantal facetten groter maakt en andere kleiner. Hetzelfde doet een cartoon in de krant.
Wat biedt de gelijkenis waar we vandaag naar geluisterd hebben.
Het laat een rijke man zien, die een ‘econoom’ in dienst had, iemand die zijn landerijen beheerde. De rijke man bemoeide zich vermoedelijk zelden of niet met zijn bezit, daarvoor was de beheerder; hij zelf woonde misschien in de stad, zoals in Nederland wonende families in de twintigste eeuw nog hun plantages hadden in Indonesie, waar ze nauwelijks nog naar omkeken. Alleen hun banksaldo in de gaten hielden. Tot het hier mis mee ging en hij er achter komt dat de beheerder, de ‘econoom’, zijn eigendommen verkwistte. Zo’n beheerder, econoom, houdt Jezus ons voor ogen.
Deze Beheerder had er een goede baan aan gehad. Hij had in dit economisch systeem een machtspositie die zekerheid voor de toekomst scheen te bieden. Daarin lag zijn gevestigd belang. Wat nu te doen nu zijn ontslag voor de deur staat. Spitten kan hij niet en voor bedelen schaamt hij zich.
Hij laat de arme boeren bij zich komen. “Hoeveel zijt ge aan mijn meester schuldig?”. “Honderd vaten olie”. “Maak er vijftig van” Een ander: “honderd maten tarwe”. “Maak er tachtig van”. De beheerder gaf weg wat hij zelf verdiende. Rente vragen mocht namelijk in die dagen van de joodse wet niet. Daarom telde men de rente die men wilde, gewoon bij het bedrag op. Je leende voor het komende seizoen vijftig vaten olie maar je moest er aan het eind van het seizoen honderd terugbetalen. Een woekerwinst van 100%.binnen een jaar. Een praktijk die in derde wereld landen vaak voorkomt maar nu ook al in ons midden. In grote plaatsen zijn winkels waar mensen geld kunnen lenen als ze iets kostbaars als onderpand geven. Als hij/zij het geld niet binnen een jaar terugbetaald, is hij het onderpand kwijt. Iemand die in geldnood verkeert, heeft geen andere keus dan het aanbod van de woekeraar te aanvaarden.
De beheerder “spitten kan hij niet en voor bedelen schaamt hij zich” zoekt zijn toekomstige zekerheid in het maken van vrienden. Hij hoopt erop dat de arme boeren die nu geen slachtoffer meer zijn van uitbuiting, hem zullen bijstaan, als hij in nood komt.
……….
De rijke man feliciteert zijn ontslagen beheerder; hij heeft verstandig gehandeld, zo zou hij het zelf in zijn plaats wellicht ook hebben gedaan. Als nu de kinderen van deze wereld, de deelnemers in het Geld-systeem, al in staat zijn onderling met verstand hun wederzijds voordeel te zoeken, hoe veel te meer moeten de kinderen van het licht onderling vrienden maken. Daarom zegt Jezus, ook ik zeg: gebruik het geld – dat is op een of andere wijze altijd verweven met onrechtvaardigheid – niet volgens de logica waarmee het verkregen wil zijn – de geldzucht , de jacht naar rijkdom, naar economische machtsposities -, maar om menselijke, vriendschappelijke verhoudingen tot stand te brengen, zodat de armen die u tot vrienden hebt gemaakt, u straks verwelkomen in de hemel. In het gedeelte dat volgt op dit verhaal in het Lucasevangelie, doet “de rijke man” een beroep op “de arme Lazarus” verlichting te brengen. Die armen zijn de vertegenwoordigers van Jezus; van hen is het koninkrijk Gods, om diegenen te begroeten die daar hun schatten reeds hadden verzameld.
De gelijkenis van vandaag is eigenlijk heel duidelijk. Wanneer je geld en goederen zijn toevertrouwd, gebruik ze dan om vrienden te maken “in eeuwige tenten”.
Jezus spreekt in dit verband over de “Mammon”. “Mammon” betekent oorspronkelijk weelde. Het was geen bestaande god maar Jezus meent dat geld en weelde werken als een god: ze leggen beslag op je, je hebt er alles voor over en op die manier vervreemd je van mensen en van God. In de eerste lezing horen we hoe de mensen die door de mammon bezeten zijn, de armen nog proberen uit te buiten.
De gelijkenis waar we vandaag naar geluisterd hebben is ook een spiegel voor ons. Wij worden uitgenodigd om het geld te gebruiken – niet volgens de logica waarmee het verkregen wil zijn – de geldzucht, de jacht naar rijkdom, naar economische machtsposities -, maar om menselijke, vriendschappelijke verhoudingen tot stand te brengen, zodat de armen die u tot vrienden hebben gemaakt, u straks verwelkomen in de hemel.
De afgelopen weken stond in de Volkskrant een serie artikelen over de armoede in Nederland. In 2011 was één op de twaalf huishoudens arm. In Almelo is het nog erger: een op de vijf huishoudens is arm en in die gezinnen leven 2540 kinderen in armoede.De armoede neemt toe en door de komende bezuinigingen zal de armoede ook dieper worden. De schaamte is groot. Velen durven niet te zeggen hoe arm ze in feite zijn. Het oordeel van mensen die het goed hebben over armen is veel harder geworden.
Maar gelukkig ontstaat er in Nederland overal een fijn vertakt netwerk van vrijwilligersorganisaties waarop armen kunnen leunen – voedselbanken, schuldhulpverleners, kerken, vrouwencentra, opvangplekken voor illegalen, kledingadviseurs voor minderbedeelden. Gepensioneerde vrijwilligers maken werkweken van veertig uur om wildvreemden uit de schulden te helpen, vrijwilligers bij de voedselbanken proberen niet alleen voor een goede maaltijd te zorgen, maar helpen armen ook aan woning of aan nuttige contacten. Door dit wijde vangnet kunnen veel schrijnende situaties worden getemperd.
Tot slot. In de parabel geeft de beheerder de woekerwinsten terug en legt opnieuw kontakten met de arme boeren.
De bankencrisis is o.a. ontstaan doordat banken woekerpolissen en derivaten verkochten om de winst te verhogen en hun eigen bonnissen te vergroten. Ze hebben misbruik gemaakt van het vertrouwen wat mensen hadden in de bank. Echter een excuus heb ik niet gehoord. De bonnissen zijn niet terug gestort. Wel worden dure lobbyisten ingehuurd om het toezicht op banken te minimaliseren.
Wie betrouwbaar in het kleine, is dat ook als het om veel gaat.
Wie niet betrouwbaar is in het kleine, is dat ook niet als het om veel gaat.
Eef van Vilsteren